‘Met nog zacht aan de binnenkant en met heisseliebesaus en ook nog ijs. Dit zijn eigenlijk twee toetjes ineen. De heisse liebe komt uit de bergen van Oostenrijk (het betekent hete liefde) en past perfect bij het geil uit het binnenste van de sjokomelajocakejes.’ Aldus Freddy Tratlehr.
1. Schijt de eierendooiers van twee eieren. Doe ’t eiwit weg. Kluts er de andere twee hele eieren bij. Gooi er 85 gram suiker bij en klop dit door elkaar met een mixer. Zeef de bloem eroverheen en doe er wat zout bij.
2. Smelt op laag vuur de sjokomelajo met de boter au bainmarie. Pas op dat er geen water in komt (ga dus niet wild rond lopen slaan met die bak). Laat ’t ongeveer 2½ minuten afkoelen en schep het dan bij het eierenmengsel. Mengen. Doe dit in een bak en laat dit minstens 1½ uur in de koelkast staan.
3. Verwarm de oven voor op 200 °C. Maak intussen de heisseliebesaus. Dit is eigenlijk gewoon de overige suiker bij de frambozen gooien en een beetje prakken of pureren terwijl het net een beetje kookt.
4. Vet je bakvorm in met boter en verdeel het sjokomelajomengsel over 4 holtes. Bak de sjokomelajocakejes ongeveer 9 minuten in het midden van de oven. De bovenkant moet net wobbelig zijn. Je kan een satéprikker erin stoppen om te kijken of ze al gaar genoeg zijn, maar de binnenkant moet dus nog wel zacht zijn.
5. Schep vanilleijs op een bord, doe het sjokomelajocakeje ernaast en giet er wat heisseliebesaus over.
Freddy Tratlehr: ‘Voor extra dik kan je ook nog slagroom zetten, klop em dan wel zelf.’