Dit ricottagebak met noten en sinaasappel heeft even wat tijd nodig, maar dat is het absoluut waard. Een goede banketbakker kan je overigens aan gekonfijte sinaasappel helpen. Je vindt het soms ook bij Turkse en Marokkaanse winkels.
1 Giet zoveel warm water bij de rozijnen dat ze onderstaan, en week ze 30 minuten. Laat ze uitlekken en dep ze droog. Doe de walnoten en de meeste amandelen (bewaar er 8 voor de garnering) in een blender en maal ze grof.
2 Doe de ricotta in een grote kom, voeg de melk toe en roer er een glad mengsel van. Klop er een voor een de eieren door. Zeef een derde deel van het meel in de kom en spatel het door de ricotta; doe daarna hetzelfde met het tweede en het derde deel. Spatel er de suiker door. Spatel vervolgens eerst de rozijnen, dan de sinaasappel en tenslotte de gemalen noten door het mengsel.
3 Verwarm de oven voor tot 160 °C. Beboter een springvorm van 22 cm Ø en bestuif hem licht met bloem; schud het overschot eruit. Giet het mengsel in het blik en spreid het met een spatel gelijkmatig uit. Snijd de resterende amandelen in de lengte in vieren en strooi ze over het beslag. Zet 1 uur en 10 minuten in de oven en controleer de gaarheid met een houten prikker: als die er droog uitkomt, is de cake klaar. Zet het gebak anders nog eens 5 minuten in de oven en controleer opnieuw.
4 Haal de cake uit de oven en laat hem 5 minuten in de springvorm rusten. Stort hem dan op een rooster en laat afkoelen. Serveer het gebak op kamertemperatuur.
