De lamsschouder in dit gerecht wordt op smaak gemaakt met citroenen, pruimen, kersen en saffraan. In combinatie met verse kruiden krijg je een goddelijk gerecht met een perzisch tintje. Serveer met turks brood – of een ander platbrood – ,yoghurt, harissa en citroen.
1. Verwarm de oven voor op de hoogste stand. Doe de stukjes aardappel, ui, venkel en knoflook in een braadslede, met de citroenen, pruimen, kersen (of cranberry’s) en de saffraan. Schep alles door elkaar met een scheut olijfolie en leg het vlees erop.
2. Stamp het koriander-, komijn- en venkelzaad met wat zout en peper fijn in een vijzel. Wrijf de helft van dit mengsel met een beetje olijfolie over het lamsvlees. Bewaar de rest voor later. Stamp dan de tijm met een paar takjes rozemarijn en een grote snuf zout in de vijzel, en wrijf ook dit over het lamsvlees. Steek de rest van de takjes rozemarijn in het vlees.
3. Schenk 100 ml kokendheet water op de bodem van de braadslede en bedek het lamsvlees met een dubbele laag alufolie. Schuif de braadslede in de oven en verlaag de oventemperatuur naar 180 ºC. Braad een stuk lamsvlees van deze grootte in totaal 3½ uur.
4. Verwijder de folie 30 minuten voor het eind van de braadtijd. Schep de groenten door elkaar, druppel wat granaatappelmelasse over het vlees en schuif de braadslede weer in de oven. Als de korst krokant is en het vlees van het bot loslaat, is het klaar. Neem het uit de oven, strooi de rest van de gestampte specerijen erover en laat het vlees, losjes bedekt met de alufolie, 10–15 minuten rusten.
5. Bestrooi het gerecht vlak voor het opdienen met de granaatappelpitjes, munt en pistachenoten. Geef er wat warme platbroden bij, yoghurt, harissa en partjes citroen.
Per portie 846 kcal, 39,6 g vet (14 g verzadigd), 47 g eiwit, 69,5 g koolhydraten, 18,7 g suikers