In plaats van met de hand te snijden en te hakken, kun je de ingrediënten voor de salsa in de keukenmachine gooien – zo bespaar je tijd. maar maak er geen puree van – het zijn nou net die lekkere stukjes die de salsa een heerlijke smaak en textuur geven.
1 Maak eerst de salsa. Doe de tomaten, lente-uitjes, gember, chilipeper, koriander en het limoensap in een kom met een scheutje wijnazijn en wat extra vergine olijfolie. Voeg flink wat zout en peper toe. Proef of de smaken in balans zijn en voeg nog wat toe van de ingrediënten waarvan jij denkt dat ze nodig zijn.
2 Meng het paprikapoeder en de knoflook met een snuf zout en peper plus 2 eetlepels olijfolie. Schep de garnalen erdoor tot ze ermee bedekt zijn. Zet een grote pan op hoog vuur. Smelt de boter en een beetje olijfolie. Als ze sissen, voeg je de garnalen en het citroensap toe. Bak ze 2–3 minuten, keer ze halverwege om, tot ze een mooie roze kleur hebben. Voeg dan de rozijnen en pijnboompitten toe, plus het grootste deel van de dille (of het venkelgroen). Schep nog even door elkaar tot de garnalen gaar enkleverig zijn.
3 Spreid de salsa uit over een groot bord en leg er met behulp van een keukentang de garnalen op. Bestrooi met de pijnboompitten en rozijnen, plus de rest van de dille of het venkelgroen. Of serveer de garnalen meteen uit de pan en geef de salsa erbij.
4 personen, voorgerecht
• 1 tl mild paprikapoeder
• 2 tenen knoflook, gehakt
• olijfolie
• 16 rauwe grote garnalen, gevlinderd, staarten intact
• flinke klont boter
• sap van 1 citroen
• handvol rozijnen
• handvol pijnboompitten
• bosje dille of venkelgroen
Siciliaanse salsa
• 300 g tomaten, pitjes verwijderd, vruchtvlees fijngehakt
• 2 lente-uitjes, fijngesneden
• 1 cm gemberwortel, fijngeraspt
• 1 rode chilipeper, zaadjes verwijderd, fijngesneden
• blaadjes van 1 klein bosje koriander, grof gehakt
• sap van 2 limoenen
• rode wijnazijn
• extra vergine olijfolie