Eigenlijk lauwwarm het allerlekkerst. Ze zijn zo licht en luchtig dat je er ongemerkt veel te veel van eet. Kun je geen parelsuiker vinden (online goed verkrijgbaar), dan kun je ook suikerklontjes in een plastic zak met een deegroller kleiner maken.
1. Verwarm de oven voor op 180 °C. Breng 250 milliliter water met de boter, het zout en de suiker in een steelpan op laag vuur aan de kook. Zorg dat de boter gesmolten is voordat het water kookt.
2. Zeef de bloem op een stuk bakpapier en voeg het in één keer toe als het water net kookt. Laat de bloem al roerend met een garde of houten lepel koken tot je een mooie, glanzende deegbal hebt. Neem de pan van het vuur, schep het deeg in een mengkom en laat iets afkoelen.
3. Klop de eieren los in een andere kom. Klop met een elektrische mixer lepel voor lepel het ei toe tot je de juiste consistentie hebt. Trek met een lepel een streep in het beslag; blijft de streep open, dan is het te stevig, sluit de streep zich direct, dan is het te vochtig, sluit de streep zich langzaam, dan is het beslag goed.
4. Doe het beslag in een spuitzak. Spuit kleine toefjes beslag van 2 centimeter doorsnee op enige afstand van elkaar op een met bakpapier beklede bakplaat. Bestrooi ze met de parelsuiker en bak ze in circa 12 minuten in het midden van de oven goudbruin. Doe na 7 minuten de oven kort open en weer dicht om vochtige lucht te laten ontsnappen.
5. Zet de oven uit en laat de chouquettes nog minimaal 30 minuten in de oven drogen. Bak soesjes liever niet op de heteluchtstand van de oven.
Eet ze warm of koud!
Dit recept komt uit het boek ‘Heel Holland Bakt – Het nieuwe grote bakboek’ (€29,99, Kosmos Uitgevers).
