- Haal de burrata uit de koelkast en laat op kamertemperatuur komen. Breng een pan gezouten water aan de kook en voeg de tuinbonen toe. Kook ze 2 minuten, giet ze af en dompel ze onder in een kom koud water. Haal de tuinbonen uit de schil (dubbel doppen maakt zo’n verschil!) en zet apart.
Gebruik een dunschiller om de venkel in brede linten te schaven, rechtstreeks in een kom koud water; laat 45 minuten staan – de venkel zal prachtig knapperig worden. (Als je hem meteen probeert te gebruiken, wordt hij slap, wat niet ideaal is.)
- Klop vlak voordat je de salade samenstelt de sinaasappelschil, het -sap, de olijfolie en zeezoutvlokken door elkaar. Laat de venkelplakjes goed uitlekken en doe ze in een grote kom met de tuinbonen. Giet er twee derde van de dressing over en meng voorzichtig met je handen om alles gelijkmatig te bedekken. Schep het geheel dan voorzichtig op een serveerschaal, leg de burrata erbovenop en bestrooi met de granaatappelpitjes.
- Snijd de burrata in vieren in (een beetje zoals je bij een gepofte aardappel zou doen) en giet de rest van de dressing erover. Dien meteen op.
4 personen | 15 minuten – 45 minuten rusten – 2 minuten bereiden
- 120 g vegetarische burrata
- 150 g verse of diepvriestuinbonen
- 1 middelgrote venkelknol
- geraspte schil en sap van 1 kleine biologische sinaasappel
- 50 ml olijfolie
- 1 tl zeezoutvlokken
- 100 g granaatappelpitjes (van ½ granaatappel)