Spaghetti is een van de lekkerste pasta-soorten die er is. Serveer ‘m met een portie langzaam gegaarde tomaten en merguezworstjes. Wedden dat iedereen aan tafel blij wordt?
1 Verwarm de oven voor op 190 °C. Gebruik je grote worsten in plaats van merguezworstjes, maak er dan kleine worstjes van door ze in het midden 2-3 keer rond te draaien en
in tweeën te snijden.
2 Zet een diepe, ovenvaste pan of braadslee op middelhoog vuur. Doe er een scheutje olijfolie in en bak de worstjes in 1-2 minuten rondom bruin. Voeg de knoflook, ui en bleekselderij
toe en verhit ze 10 minuten, of tot ze zacht zijn ‒ schep af en toe om.
3 Voeg de tomaatjes, laurier, halve chilipepers en de helft van elk bosje kruiden toe en schep goed om. Zet de pan dan 20 minuten in de oven.
4 Haal de pan uit de oven (zet hem niet uit), schep het mengsel voorzichtig om en scheur de rest van de oregano en marjolein erboven. Bedruppel met wat olijfolie en schep weer om. Zet de pan 15 minuten in de oven, tot de worstjes gaar zijn en de tomaatjes zacht.
5 Kook ondertussen de spaghetti (of linguine) beetgaar volgens de instructies op de verpakking.
6 Haal de pan uit de oven, roer de balsamicoazijn er voorzichtig door en haal de halve chilipepers eruit.
7 Giet de spaghetti af, vang wat kookvocht op en schep de pasta bij de saus ‒ voeg eventueel wat kookvocht toe, om de pasta wat losser te maken. Bestrooi met de ricotta en de overige
tijm, en druppel er wat olijfolie over.
Per portie 778 kcal, 37,5 g vet (13,2 g verzadigd), 29,3 g eiwit, 85,6 g koolhydraten, 17,3 g suikers