Dit warme fluweelzachte toetje is een klassiek dessert uit de Oostenrijkse keuken. Het ovengerecht hoort uit drie grote ‘bergen’ te bestaan, die voor het serveren met een laagje poedersuiker bestoven worden. Het dessert stelt namelijk de drie bergen die de stad omgeven voor. Engelsen en Amerikanen noemen het gerecht een Salzburger souffle, omdat het woord Nockerln voor hen nauwelijks uit te spreken is. Wie het makkelijker wil maken met serveren, kan er natuurlijk ook vier bergen van maken.
Verwarm de oven voor op 200 °C.
Klop de eiwitten in een vetvrije kom met zout stijf en voeg er geleidelijk suiker en vanillesuiker aan toe. Roer de eidooiers romig en meng ze luchtig met een kwart van het stijfgeslagen
eiwit. Meng er dan voorzichtig de rest van het eiwit door. Zeef er de bloem en de maïzena door en spatel als laatste de geraspte citroenschil door het beslag.
Breng de melk met de boter aan de kook. Verdeel de jam over de bodem van een ondiepe ovenschaal, zonder hem helemaal tot in de hoeken uit te smeren. Schenk de melk om de jam heen. Schep in 3 grote bergen de soufflémassa in de schaal.
Bak de Salzburger Nockerln in ca. 10-15 minuten in het midden van de voorverwarmde oven goudgeel. De Nockerln zijn vanbinnen nog romig en de jam wordt heet. Bestrooi met poedersuiker en serveer direct.
–
Dit recept komt uit het kookboek ‘Koken met Janny’ van Janny van der Heijden (€ 29,99, Kosmos Uitgevers).