Voor dit recept gebruik je runderborstlappen. Ze zijn niet mager, maar je maakt er heerlijke bouillon mee. Snijd van tevoren het overtollige vet eraf.
1 Verwarm de oven voor op 180 ºC. Verdeel de botten, wortels, bleekselderij, uien, venkel en laurierblaadjes over twee grote braadsleden en rooster ze 1 uur in de oven.
2 Verlaag de oventemperatuur naar 110 ºC en doe de botten en groenten over in een grote ovenvaste braadpan (inhoud 10 liter; of gebruik er twee met een inhoud van 5 liter). Giet er ruim kokendheet water bij. Zet de pan op het vuur, breng het water aan de kook, leg een dubbele laag alufolie op de pan en zet hem dan in de oven. Laat de botten 12–24 stoven.
3 Neem de borstlappen uit de koelkast en laat ze in zo’n 30 minuten op kamertemperatuur komen. Als de bouillon klaar is, leg je de borstlappen erin, boven op de botten. Zet de pan weer met een dubbele laag folie afgedekt in de oven en laat de borstlappen 8 uur mee stoven.
4 Als het vlees mooi zacht is, leg je het op een bord en zeef je de bouillon voorzichtig boven een andere grote pan. Het kan zijn dat je dit eerst met een vergiet moet doen, om de botten op te vangen, waarna je de vloeistof door een fijne zeef kunt gieten. Laat de bouillon een tijdje afkoelen. Er vormt zich een laagje vet op het oppervlak; schuim dat af en gooi het weg.
5 Zet de pan met bouillon op laag vuur. Voeg de paddenstoelen en boerenkoolbladeren toe en verhit ze 5 minuten mee, tot ze zacht zijn.
6 Trek het vlees in reepjes en verdeel het over soepkommen, samen met de groenten. Schep de rijke, hete bouillon erover en serveer de soep met wat citroenrasp, een scheutje citroensap, een drupje olijfolie en wat sneden knapperig brood.
Per portie 209 kcal, 15,7 g vet (6 g verzadigd), 11 g eiwit, 6,5 g koolhydraten, 5, 1 g suikers
Psst…
Op zoek naar meer soeprecepten?
Zo maak je super-soepen!