2 Voeg lente-uitjes en noedels toe als de groenten zacht worden. Roer een scheut sojasaus en de sesamolie door, schep om tot alles heet is. Voeg op het laatst limoensap en korianderblaadjes toe; serveer met de geroosterde pinda’s.
3 Kook de noedels en giet ze af. Rooster de pinda’s in een droge pan goudbruin. Verhit de arachideolie in een wok op hoog vuur. Voeg sjalotringen, knoflook, gember en chilipepers toe en bak 1 minuut. Doe paprika, tofu, peultjes en paksoi erbij. Bak enkele minuten mee.
4 Voeg lente-uitjes en noedels toe als de groenten zacht worden. Roer een scheut sojasaus en de sesamolie door, schep om tot alles heet is. Voeg op het laatst limoensap en korianderblaadjes toe; serveer met de geroosterde pinda’s.
2 personen
• 200 g eiernoedels
• handvol pinda’s
• 2 el arachideolie
• 2 sjalotten, in ringen
• 2 tenen knoflook, gehakt
• 2 cm gemberwortel, fijngehakt
• 1–2 rode chilipepers, in plakjes
• 1 rode paprika, in reepjes
• 200 g tofu, gesneden
• handvol peultjes
• 2 struikjes paksoi, in vieren
• klein bosje lente-uitjes, gesneden
• sojasaus
• 1 el sesamolie
• sap van 1 limoen
• blaadjes van 1 bosje koriander