Een stevig gerecht met winterse smaken van worstmaker Samuel Levie. Deze risotto met bloedworst is de perfecte winterkost. Door het toevoegen van pistachenoten krijgt het recept een lekkere bite.
1 Verwarm de oven voor op 180 °C. Snijd een oranje biopompoen (die hoef je niet te schillen) doormidden. Verwijder de zaden en snijd de pompoen in blokjes. Leg ze op een met bakpapier beklede bakplaat, sprenkel er wat olie over en bestrooi met zout. Rooster de pompoenblokjes 20 minuten in de oven.
2 Breng iets meer dan 1½ liter water aan de kook en voeg de afsnijdsels en overgebleven stukjes pompoen samen met het laurierblaadje en de doorgesneden ui toe. Kook de bouillon 20 minuten, zeef hem en houd warm.
3 Bak de sjalotsnippers met een scheut olijfolie in een pan met dikke bodem. Voeg de rijst toe en bak 3 minuten mee tot de korrels glazig worden. Blus af met de wijn. Voeg als het vocht helemaal verdampt is soeplepel voor soeplepel de bouillon toe. Zorg ervoor dat de rijst steeds net onderstaat, zodat het vocht langzaam wordt geabsorbeerd. Herhaal en roer de rijst steeds goed door zodat hij niet aan de bodem van de pan plakt.
4 Haal de vulling uit de bloedworsten en bak die met een klontje boter in een koekenpan in 8 minuten langzaam rul en knapperig. Houd de risotto ondertussen goed in de gaten. Na ongeveer 20 minuten is de rijstkorrel zacht vanbuiten, met nog wat bite vanbinnen. Voeg nu de pompoenblokjes toe en laat ze mee warm worden. Draai dan het vuur uit, voeg de koude boterblokjes en parmezaan toe en roer door de rijst. Voeg als laatste nog een halve soeplepel hete bouillon toe om de rijst smeuïg te maken. Serveer met de crunchy bloedworst en pistache.