Dit gerecht komt oorspronkelijk uit Zuidoost-Azië, maar heeft inmiddels zijn weg gevonden naar de menukaart van de meeste Chinese restaurants. Bak de spiesjes op een barbecue en laat je door de geur van houtskool en smeulende specerijen meevoeren naar het Verre Oosten
.
1. Je hebt 24 satéprikkers nodig (geweekt in water).
2. Meng de kip met 1 theelepel van het zout, de witte peper en de arachideolie in een grote kom. Dek af en laat 2 uur in de koelkast marineren. Het is niet erg als je hier geen tijd voor hebt; het is niet essentieel.
2. Schenk voor de satésaus het water in een kleine pan en voeg de pindakaas, de sojasaus, de basterdsuiker, de knoflook en de rest van het zout toe. Roer goed en breng aan de kook. Haal dan de pan van het vuur en voeg het limoensap toe.
3. Rijg de gemarineerde kip aan de satéprikkers en zorg dat je aan elke spies evenveel kip hebt. Schep 3 eetlepels satésaus in een schaaltje en verdeel de rest van de saus over de kipspiesjes.
4. Verhit een grote koekenpan of grillpan op middelhoog vuur en bak de kipspiesjes 2 tot 2½ minuut per kant. Zorg ervoor dat de kip helemaal gaar is voordat je de spiesjes serveert (snijd een van de blokjes doormidden om te controleren of het vlees niet meer roze is).
5. Serveer de spiesjes met de rest van de satésaus om in te dippen.
