Ik at een vergelijkbaar gerecht in een izakaya in Akasaka en ik vond het een van de geniaalste dingen die ik ooit had gegeten. In wezen is het een gyoza met varkensvlees en garnalen, maar dan tussen dunne plakjes aubergine in plaats van gyozavellen. Dit recept heeft veel te danken aan de Chinese keuken. Het is ontzettend lekker en waarschijnlijk eenvoudiger om te maken dan echte gyoza.
1. Verwijder de uiteinden van de aubergine en snijd in de lengte doormidden. Snijd elke helft in zes of zeven plakjes van 2 cm dik.
2. Snijd elk half plakje vanaf de ronde kant in tot bijna aan de vlakke kant, zodat je er een zakje van kunt maken dat op een tacoschelp lijkt.
3. Meng het varkensgehakt met de garnalen, de knoflook, de gember, de lente-ui, het zout en de peper en schep wat van de vulling in elk stukje aubergine (de vulling zal overlopen en dat is geen probleem).
4. Wentel de auberginegyoza voorzichtig door het maiszetmeel of het aardappelzetmeel.
5. Verhit de olie in een grote koekenpan met antiaanbaklaag op middelhoog vuur, voeg de gyoza toe en bak in 5 minuten aan beiden kanten goudbruin. Voeg de sake, het water en de sojasaus toe aan de pan en laat 5 minuten met een deksel op de pan stomen. De aubergine moet nu helemaal zacht en de vulling moet gaar zijn.
6. Haal het deksel van de pan en laat al het vocht verdampen. Haal de gyoza uit de pan, laat uitlekken op keukenpapier, leg op een bord en serveer met de ponzu.
Tip: combineer met Shōchū, pils of oolongthee.
2 personen | 10-12 gyoza’s