Uit de oven met gorgonzola of in een frisse citroentaart: met polenta kun je alle kanten op. Lees hier hoe je het klaar maakt en welke smaken perfect passen bij romige polenta.
Polenta is lekker, maar heeft ook wat weg van pap. En in feite is het dat ook: maïspap. Dat maakt de Italianen helemaal niets uit – zij genieten van polenta sinds maïs halverwege de 17e eeuw in Europa werd geintroduceerd.
In Noord-Italië is polenta, en niet pasta, het hoofdvoedsel, en daarom worden de mensen daar polentoni (polenta-eters) genoemd. Om het te maken, moet je wel 45 minuten onafgebroken roeren, waardoor familieleden elkaar afwisselden om met de mescola, een houten stok, in de paiolo (ketel) te roeren. Na het koken kun je het meteen serveren of laten afkoelen, in plakken snijden en grillen.
In Veneto wordt witte polenta met een zachte smaak gemaakt, en in Lombardije voegen ze boekweit aan polenta nera toe voor een nootachtige smaak. Je kunt er alle kanten mee op: Polenta past bij vlees, zeevruchten en kaas, maar ook in zoete gerechten, zoals citroentaart.
Polenta combineert lekker met:
Rozemarijn, kip, citroen, feta, tomatensaus, eieren, geitenkaas, spinazie, paddenstoelen, blauwe kaas, broccoli, zongedroogde tomaten en chilipepers.
Recepten met polenta:
– Perfecte polenta frieten
– Hoe bak je een polentacake?