Over het recept schrijft Ida de Haart: “Dit is een van mijn absolute lievelingssalades. Fris en vullend met een typisch Thaise smaak. Omdat je zelf Pad Thai en zoete-aardappelburgertjes gaat maken, ben je er wel even mee bezig, maar dit is zeker de moeite waard!”
1. Thaise-zoete-aardappelburgertjes: schil de zoete aardappels en snijd ze in stukjes van ongeveer dezelfde grootte. Kook ze vervolgens 12 minuten in kokend water met wat zout; ze mogen iets zachter zijn dan beetgaar. Laat de zoete aardappel hierna goed uitlekken voordat je hem gaat gebruiken. Pureer de kikkererwten even kort met het mes in je keukenmachine totdat ze grof gemalen zijn. Het is lekker als er nog wat halve kikkererwten in zitten! Draai koriander, Thais basilicum, knoflook, gemberwortel, sesamolie, tamari, Himalayazout, versgemalen peper, rode peper, limoensap, limoenrasp en agave- of rijstsiroop samen tot een dunne pasta in je blender of keukenmachine. Doe deze vervolgens samen met de zoete aardappel en de kikkererwtenpuree in een grote pan of mengkom. Nu is het een kwestie van alles goed mengen. Je kunt dit met je handen doen of met een pureestamper. Let op dat alle ingrediënten goed gemengd zijn. Doe nu de maïzena samen met het koude water in een klein kommetje en roer dit even goed door. Laat het vervolgens een minuutje staan. Voeg ondertussen de havermout, kikkererwtenbloem en bosui aan het zoete-aardappelmengsel toe en uiteindelijk het maïzenamengsel. Kneed alles nog een keer goed door elkaar en je bent klaar om burgertjes te gaan maken! Verwarm je oven voor op 200 °C. Maak bolletjes van ongeveer 3 à 4 cm doorsnee van de zoete-aardappelmix. Rol deze even goed tussen je handen zodat je mooie compacte bolletjes krijgt die tijdens het bakken niet uit elkaar vallen. Leg ze vervolgens op een met bakpapier beklede bakplaat en druk ze voorzichtig plat tot je kleine burgertjes krijgt. Verhit wat kokosolie in een koekenpan tot de olie goed heet is.. Leg een deel van de burgertjes in de pan maar zorg ervoor dat er nog wat ruimte tussen de burgertjes over is. Als de onderkanten na ongeveer 3 minuten goudbruin zijn, draai je ze voorzichtig om, dit gaat heel makkelijk met een tang. Als de andere kant ook mooi goudbruin is, leg je de burgertjes terug op de bakplaat. Ga zo verder totdat je ze allemaal gebakken hebt. Gaar de burgertjes nog even 3 minuten na in je voorverwarmde oven.
2. De salade: zorg dat je alvast zoete-aardappelburgertjes en Vegan Pad Thai klaar hebt gemaakt, dan kun je je salade snel afmaken. Kook de zwarte bonen en stoom de broccoli. Maak terwijl je dit doet alvast de dressing. Hak de halve rode peper fijn. Maak spaghetti van de komkommer of snijd de komkommer in blokjes als je geen spiralizer hebt. Als de zwarte bonen zijn afgekoeld, doe je deze in een mengkom met gehakte rode peper, zonnebloemolie en Himalayazout. Verdeel de babyspinazie over twee borden en sprenkel hier vast wat dressing over. Verdeel vervolgens de zwarte bonen, de komkommer en de broccoli over beide borden en schenk er nog wat dressing overheen. Je kunt nu net zo veel Vegan Pad Thai toevoegen als je zelf lekker vindt. Verdeel hierna de zoete-aardappelburgertjes over de salades en voeg eventueel nog wat dressing toe. Maak de salade af met een grote hand gehakte koriander.
3. Dressing: was het Thais basilicum en hak dit even grof met een koksmes. Snijd de peper in stukjes, het hoeft niet heel fijn. De zaadjes kun je er gewoon in laten zitten. Schil de gemberwortel en snijd samen met het knoflookteentje in dunne plakjes. Rasp de schil van de onbespoten limoen met een fijn raspje. Snijd dan de limoen doormidden en pers hem. Je het 20 ml sap nodig. Soms moet je, afhankelijk van de versheid van de limoenen, 2 limoenen persen. Doe Thais basilicum, rode peper, knoflook, gember, limoensap en limoenrasp, kokosbloesemsuiker, korianderzaad, tamari en water in de blender en laat deze 2 minuten op een hoge stand draaien. Schenk de sesamolie en zonnebloemolie er langzaam bij terwijl de blender nog draait. Proef je dressing en doe er eventueel peper, zout, meer limoensap of kokosbloesemsuiker bij. Als je een groot liefhebber van Thais basilicum bent kan je uiteraard meer hiervan toevoegen.
4. Vegan vegetable pad thai: was de koolsoorten en snijd ze beide in de lengte in 4 stukken en schaaf er met je mandoline dunne plakken van. Of snijd de kool met je koksmes in zo dun mogelijke reepjes op een snijplank, dat kan uiteraard ook. Zorg dat je mooie dunne reepjes kool krijgt. De winterpeen kun je raspen met een handrasp of met je keukenmachine. Doe de rode kool in een zeef boven de spoelbak en giet er een liter kokend water overheen. Hierdoor worden bacteriën gedood en is de kool beter verteerbaar. Laat de kool vervolgens afkoelen terwijl je de marinade maakt. Doe tamari, ahornsiroop, limoensap, korianderzaad, koudgeperste zonnebloemolie, geraspte gemberwortel en rode peper in je blender en maal alles tot een smeuïge marinade. Voeg vervolgens de geroosterde ongezouten cashewnoten toe en zet de blender nog een minuut aan. De cashewnoten hoeven niet helemaal fijn gemalen te worden, er moeten nog lekkere stukjes noot in de marinade zitten. Doe de rode en witte kool samen met de geraspte wortel in een grote mengkom. Voeg de marinade, de gehakte koriander en de bosuitjes aan de kool toe en roer alles goed door elkaar.
Tip voor de snelle versie: gebruik zwarte bonen uit blik, voorgesneden broccoliroosjes en gewassen bladspinazie. Voor de vegan vegetable Pad Thai: koop voorgesneden kool en wortel-julienne.
Dit recept komt uit het boek ‘Sla’ van Ida de Haart (€24,99, Kosmos Uitgevers).