Deze ananascake wordt vaak gegeten op verjaardagsfeestjes. Het leuke van taartjes uit Suriname is dat iedereen ze net iets anders maakt en je ze naar eigen smaak kunt maken. Deze is ook heel lekker met rum of kaneel en met een toefje slagroom.
1. Schil de ananas en snijd hem in schijven. Verhit 20 gram boter in een pan, voeg de bruine suiker toe en roer door elkaar. Doe de ananasschijven in de pan en stoof ze 10 minuten. Keer ze regelmatig om. Bekleed een cakeblik met bakpapier en leg hier de ananasschijven in. Schenk het vocht eroverheen.
2. Verwarm de oven voor op 200 ºC.
3. Klop in een mixer (of keukenmachine) de rest van de boter samen met de suiker romig en voeg hier een voor een de eieren aan toe. Voeg pas een nieuw ei toe als het vorige ei volledig is opgenomen. (Wil je het beslag luchtiger maken, scheid dan de eidooier van het eiwit en klop in twee aparte bakjes met een garde tot ze schuimig zijn en voeg ze apart toe.)
4. Doe het meel, het bakpoeder, het zout en de kaneel in een kom en zeef ze beetje bij beetje door het boter-suikermengsel. Voeg het ananassap en het vanille-extract toe en mix nog een keer goed.
5. Schenk het beslag in de vorm, over de ananasschijven, en bak de cake in 40 minuten in de oven goudbruin. Check na 30 minuten met een satéprikker of hij gaar is. Mocht de cake na 40 minuten nog niet gaar zijn, dek de cake dan in de oven af met een stuk aluminiumfolie. Zo voorkom je dat de bovenkant te donker wordt, maar ondertussen gaart de cake wel door in de oven. Check nogmaals na 10 minuten.
6. Laat de cake in de vorm afkoelen en keer hem om op een schaal zodat de ananasschijven bovenop komen. Garneer met de geschaafde amandelen.
Dit recept is afkomstig uit het kookboek SuriMAM Cooking van Moreen, Aretha en Martha Waal (€24,95, uitgeverij Luitingh-Sijthoff).
