”In mijn jeugd waren er altijd kinderen uit de straat bij ons in de tuin en mijn vader gaf iedereen die honger had te eten. Sommige jongere kinderen vonden het eten wat pittig, dus bedacht mijn vader dit kipgerecht, zonder chilipepers”.
1. Doe alle hoofd- en verwarmende specerijen in een droge koekenpan en verwarm 1 minuut. Neem van het vuur en stamp de specerijen tot poeder in de vijzel. Zet apart.
2. Draai alle overige ingrediënten, behalve die voor de garnering, in een blender tot een gladde marinade.
3. Doe de marinade in een grote mengkom, voeg de vijzelinhoud toe en roer grondig. Voeg de kip toe en schep goed om, zodat het vlees rondom bedekt is.
4. Dek de kom af en laat liefst een nacht marineren.
5. Haal de kom uit de koelkast en laat de kip op kamertemperatuur komen.
6. Verwarm de oven voor op 190 °C en doe de kippendijen in een ovenschaal. Leg ze niet te dicht op elkaar, want je wilt dat ze een goudbruin en krokant velletje krijgen en dat duurt langer als er niet genoeg ruimte tussen zit.
7. Zet 25-30 minuten in de oven, controleer of de kippendijen goed gaar zijn en haal ze uit de oven.
8. Meng de verse koriander en citroenrasp, schep voorzichtig om met de kip, zodat hij rondom bedekt is, en strooi er de granaatappelpitjes over. Dien warm of koud op.
Dit recept komt uit het boek ‘Spice for life‘, van Anjula Devi (€ 24,95, Aerial Media Company B.V.)
