Appel en roodlof zijn dikke maatjes. De ene is zoet en fris, de ander bitter. Tel je daar nog de krokante hazelnootjes bij op, dan heb je het perfecte gerecht te pakken. Serveer hem als bijgerecht bij een stukje vlees en aardappeltjes of eet hem als licht avondmaaltje. Of wat dacht je van lunch? Kies zelf maar, wij zijn sowieso voor!
1. Haal de blaadjes van de lofstronkjes en doe ze in een ruime kom.
2. Maak een dressing van olie, balsamico en mosterd en breng op smaak met zout en peper. Was de appels, snijd ze in kwarten, verwijder het klokhuis en snijd de kwarten in partjes. Bak de appelpartjes al omscheppend in de boter met honing en citroensap tot ze verkleuren.
3. Hak de noten grof. Halveer de granaatappel en klop met de bolle kant van een lepel hard op de schil zodat de pitjes eruit vallen.
4. Hussel de witlofblaadjes met de dressing en voeg indien nodig extra zout en peper toe. Leg op een schaal en schep de gebakken appel erover. Bestrooi de salade met de granaatappelpitjes en hazelnoten.
Productie en styling Marian Flint – Fotografie Willem Groeneveld – Receptuur en foodstyling Jankees Roggeveen