Dit recept voor paddenstoelen met ricotta en sjalotten brengt ons op een tip die wij ooit kregen: ga je de sjalotten en knoflook gebruiken, week ze dan eerst een halfuur in water, dan kun je ze straks makkelijker pellen. Het is geen must hoor, want zonder weken lukt het ook, maar wil je het jezelf makkelijk maken bij het bereiden van deze paddenstoelen met ricotta én sjalotten, laat ze weken in water. Kleine moeite, groot plezier!
1. Bak de sjalotten, knoflook, tijm en kaneelstokjes 12 minuten in de olijfolie en 40 gram van de boter tot de sjalotten zacht beginnen te worden. Draai het vuur hoger, voeg de portobello’s en kastanjechampignons toe en bak 2 minuten. Voeg de overige paddenstoelen en de chilivlokken toe en nog bak 2 minuten. Giet de bouillon erbij en laat hem borrelend in 8-10 minuten inkoken tot de vloeistof bijna verdampt is en de sjalotten en knoflook gaar zijn.
2. Giet de pernod in de pan en doe er 1½ theelepel zout en flink wat gemalen zwarte peper bij. Laat de alcohol in 2 minuten verdampen en roer de achtergehouden boter en de gehakte kruiden door de paddenstoelen. Roer de ricotta en citroenrasp in een kommetje door elkaar. Verdeel de warme paddenstoelen over vier borden en schep op elke portie een kwart van de ricotta. Sprenkel er wat olijfolie over en serveer. Lekker met een sneetje zuurdesembrood.