Falafel wordt vaak gemaakt van kikkererwten, maar hier kiezen we voor linzen, die perfect combineren met de rodebietenhummus.
1. Breng een grote pan water aan de kook, voeg de linzen toe en kook ze in 30-40 minuten gaar. Laat de linzen uitlekken, mix ze met de rest van de ingredienten, behalve de panko, plus wat peper en zout in de keukenmachine tot een glad mengsel. Rol er 30 balletjes van (ø 4 cm), doe ze in een plastic zak en leg 1 uur in de vriezer.
2. Verwarm ondertussen de oven voor op 200 °C en bekleed een bakplaat met bakpapier. Verdeel voor de hummus de blokjes biet en knoflook over de bakplaat, bedruppel met de kokosolie en meng goed. Zet in de oven en rooster de groenten in 20-25 minuten gaar. Laat afkoelen.
3. Doe het biet-knoflookmengsel samen met de overige hummusingredienten plus wat peper en zout in de keukenmachine en mix glad. Schep de hummus in een schaaltje, dek af met plasticfolie en zet in de koelkast.
4. Paneer de bevroren falafelballetjes met de panko (of het paneermeel). Verhit een laagje olie (a 10 cm) in een pan en bak de balletjes in 2-3 minuten per kant goudbruin en krokant (frituur maximaal 10 stuks tegelijk). Haal ze met een schuimspaan uit de olie en laat goed uitlekken op keukenpapier. Serveer de linzenfalafel met de rodebietenhummus en een stapeltje servetten.
Voor meer falafel recepten kijk hier.
Credits: recepten Michael Verswijveren, stylling Marieke Verdenius en fotografie Mitchell van Voorbergen