Voor een klassieke Italiaanse ragù begin je altijd vroeg in de ochtend, zodat de saus zo lang mogelijk kan pruttelen. ’s Avonds is-ie dan perfect, maar eigenlijk is deze saus de volgende dag nog lekkerder. Wij houden alleen niks over voor de volgende dag, want gedurende de hele dag wordt er door de hele familie – als lunch, tussendoortje of gewoon voor de lekker – om een klein bakje gevraagd om even te proeven. ‘Mama, gaan we dit morgen weer eten?’
1. Verhit een flinke scheut olijfolie in je grootste braad- of stoofpan op middelhoog vuur. Bak de winterpeen, selderij, ui en knoflook en laat ze minimaal 20 minuten op laag vuur sudderen. Hoe langer, hoe zachter, hoe zoeter en hoe meer smaak je pastasaus uiteindelijk krijgt. Roer af en toe in de pan.
2. Voeg het rundergehakt toe – blijf goed roeren – en bak 5 minuten op middelhoog vuur. Voeg alle overige ingrediënten voor de saus toe en roer goed door. Breng aan de kook, zet daarna op laag vuur met het deksel schuin op de pan en laat de ragù zo lang mogelijk, maar minimaal 4 uur, pruttelen. Roer elke 30 minuten eventjes in de pan. Proef en voeg naar smaak meer peper en zout toe. Haal de laurierblaadjes uit de ragù.
3. Kook de pasta volgens de instructies op de verpakking.
4. Serveer met geraspte Parmezaanse of Goudse oude kaas.
Voor ca. 6 personen
Voor de ragù